Systeemnr..: PD400
Dubbele CD-roosterconstructie
Gegalvaniseerde metalen onderconstructie voor het ophangen van gladde, geperforeerde of gegroefde gipsplaten.
Beschrijving en installatie-instructies
Eerst wordt het U-wandverbindingsprofiel nr. 5244 met tussenruimtes van ca. 500 mm rondom aan de wanden aangebracht.
De CD-steunprofielen b.v. 5120 worden bovenop het U-wand-aansluitprofiel geplaatst en vervolgens worden de hangers bevestigd. Maximale ophangafstand van de muur 1/3 ophangafstand, maximale steunprofielafstand van de muur 1/3 van de toegestane paneelprofielafstand.
Hiervoor worden de CD-paneelprofielen nr. 5120 5116 in de bodem van het U-wand-aansluitprofiel gestoken en met de hangende CD-draagprofielen met dwarssnelkoppelingen nr. 6102 of hoekankers nr. 6090 verbonden. De hartafstand van het 1e CD-draagprofiel tot de wand moet afhankelijk van het type en de dikte van het paneel (bijv. 500 mm voor 12,5 mm GK-paneel) van de montagetafel worden genomen.
Profielverbindingen moeten met behulp van CD-stekker nr. 6079 worden verschoven. Bij CD-steunprofielen moet een extra hanger aan de profielverbinding worden aangebracht. Hoekankers moeten met een tang worden gebogen!
Er zijn twee mogelijkheden tot vering:
1. Voor lage ophanghoogtes (tot ca. 500 mm) adviseren wij onze CD-beugel met speciale trekveer nr. 6038 in combinatie met navenant lange ophangdraden met ogen of haken.
2. voor grotere ophanghoogtes moet de drukvaste No nius ophanging, bestaande uit stelstangen met de juiste lengte en de CD Nonius Hanger nr. 6018, worden gebruikt; de stelstaaf en de Nonius Hanger moeten met twee veiligheidsklemmen nr. 6199 worden verbonden. Niet-zelfsluitende beugels moeten worden omgebogen. Dit maakt het mogelijk om millimeter voor millimeter te verstellen.
Tot slot worden de bekledingsplaten zonder voorboren met gipsplaatschroeven haaks op de plaatprofielen vastgeschroefd. Het schroeven en vervolgens vullen moet worden uitgevoerd in overeenstemming met de installatierichtlijnen van de paneelfabrikanten.
Installatie