Systeemnr..: PD110

Hoedenveerrail

Top-hat veerail voor directe montage van gipskartonplaten of gipsvezelplaten. Speciaal voor het verbeteren van de lucht- en structuurgeluidsisolatie onder houten balkenplafonds en schuine dakbekleding.

Beschrijving en installatie-instructies

In het algemeen moeten de algemene verwerkingsvoorschriften voor houten onderdelen in acht worden genomen voordat de DIN-rail nr. 5007 wordt gemonteerd.

De profielen zijn verdeeld in montageafstanden van ≤ 500 mm, afhankelijk van het type planken. Er moet op worden gelet dat de belasting per bevestigingspunt (2 schroeven) niet meer dan 0,12 kN (12 kg) bedraagt. Voor grotere straalafstanden moeten de montageafstanden worden verkleind. Het U-verbindingsprofiel nr. 5244 kan op de wandaansluiting worden aangebracht als montagehulp.

De dopveerrail nr. 5007 wordt altijd haaks op de balken gemonteerd en wordt met 2 schroeven aan elke houten balk vastgeschroefd.

Mene opmerkingen

Bij het plannen en installeren van plafondbekledingen, schuine dakbekledingen of verlaagde plafonds op nieuwe of bij het renoveren van oude houten onderdelen/houten balken moeten de volgende instructies in acht worden genomen:

• Houten onderdelen/houten balken/houten liggers kunnen door gelijke en ongelijkmatige belasting buigen, verdraaien (soms opbrengen), bijv. sneeuwbelasting (dak), windzuiging of drukbelasting, meubilair, toegang door gebruikers/bewoners, zware vloerconstructies.

• De genoemde bewegingen in de houtconstructie kunnen statisch en/of dynamisch worden ingebracht en overgedragen op de secundaire constructie (plafondbekledingen, verlaagde plafonds), wat kan leiden tot het samensmelten van metalen delen van de onderconstructie en tot vervorming van de onderconstructie in verband met de geluidsproductie.

• Met bovengenoemde aspecten moet bij de planning en uitvoering rekening worden gehouden door passende maatregelen te nemen bij de keuze van het systeem van verlaagde plafonds of bij de versterking, verstijving en transversale verstijving van de primaire constructie.
• De passende maatregelen omvatten Dwarsverbindingen van de primaire houtconstructie met behulp van geschikte hulpmiddelen (hout of metaal in combinatie met geschikte bevestigingsmiddelen), versterking van de primaire houtconstructie met extra balken, installatie/montage van verlaagde plafonds of bekleding pas na voltooiing van het belasten van nieuwe zware vloerconstructies, niet-positieve bevestiging van ophangsystemen direct op de houten balken als onderdeel van de renovatie; eventueel resterende oude plafonds moeten op bepaalde punten worden uitgesneden en er moeten schuifverbindingen met aangrenzende onderdelen worden gemaakt om beperkingen te voorkomen.
• Er kan geen aansprakelijkheid worden aanvaard voor het functioneren en de interactie van de primaire en secundaire constructie.